Noia, gioia, rabbia – menselijke emoties in het Italiaans

Italiaans woord van deze week: la noia (de verveling), de titel van het lied waarmee Angelina Mango afgelopen weekend het San Remo-festival 2024 won. En de aanleiding voor een woordenlijstje van emoties in het Italiaans.

Emoties in het Italiaans

  • la noia – de verveling [spreek uit: nò-jaa]; met daarvan afgeleid: annoiarsi, zich vervelen; annoiato, verveeld; noioso, saai
  • la gioia – de vreugde, blijheid [spreek uit: djò-jaa]
  • la tristezza – het verdriet; met als bijvoeglijk naamwoord: triste, verdrietig
  • la rabbia – de boosheid, woede; arrabbiato, boos; pasta all’arrabbiata is pasta met pittige saus van tomaat met rode pepertjes
  • l’ira – de woede; heftiger en minder controleerbaar dan rabbia
  • l’impazienza – het ongeduld; met als bijvoeglijk naamwoord: impaziente, ongeduldig
  • la paura – de angst [spreek uit: paa-oe-raa]; avere paura, bang zijn
  • l’ansia – de angst, ongerustheid, bezorgdheid
  • l’imbarazzo – de gêne, schaamte; imbarazzato, in verlegenheid gebracht
  • l’irritazione – de irritatie
  • la disperazione – de wanhoop; disperato, wanhopig
  • l’amore – de liefde; innamorato, verliefd